print
interview

Marianne Harten heeft een lange carrière in de jeugdzorg achter zich, de huidige veranderingen beziet ze daardoor in perspectief. Ook vroeger gold al: om goede hulp te verlenen, moet je soms regels doorbreken.

Marianne Harten
lid Raad van Toezicht Yorneo (Jeugd- en Opvoedhulp) Drenthe, voorzitter Raad van Toezicht STAIJ Openbaar Primair Onderwijs Amsterdam, voorzitter Raad van Toezicht PROO (Stichting Openbaar PO en SO) Leiden, voorzitter Raad van Toezicht MaDi (Maatschappelijke Dienstverlening) Amsterdam Zuid-Oost en Diemen(tot juni 2015)
05 november 2015

Ik ben afgestudeerd in Orthopedagogiek en Organisatieontwikkeling. Ik heb op verschillende plekken in de jeugdhulp gewerkt. Zo heb ik gewerkt bij het psychologisch pedagogisch instituut dat nu Altra heet, ben ik zelfstandig adviseur geweest, heb ik bij stichting MEE gewerkt, ik was interim bij de gemeente Lelystad en ik was bestuurder bij Cardea, een jeugd- en opvoedhulporganisatie. Nu zit ik in de Raad van Toezicht van verschillende jeugdhulp- en onderwijsorganisaties op verschillende plekken in het land, dus maak ik de decentralisatie op het gebied van passend onderwijs en jeugdzorg van dichtbij mee.

In mijn ogen was er eerst inhoudelijke hervorming  nodig. Het is belangrijk  dat mensen logisch nadenken en praktisch denken voordat je organisatorisch reorganiseert. Je moet eigenlijk altijd denken wat jij zou doen als jij in een moeilijke situatie zou belanden en je hulp nodig hebt, dan wil je voor het minste geld het beste resultaat te hebben.

Bij een vakantie vergelijk je toch ook welke vakantie overeenkomt met wat je wilt en wat je budget is? Bij de jeugdzorg moeten we kijken naar wat in de driehoek van de hulpvrager, de betaler en de hulpverlener de meest praktische oplossing is. Geld speelt een rol in de zin dat het dwingt tot de meest effectieve en meest praktische oplossing.

Wat ik altijd vreselijk onlogisch heb gevonden is dat er wordt gezegd dat zware hulp duur is. Waarom? Ik zie de hele relatie niet. Er is geen enkele logica die zegt dat als je een zwaar probleem hebt, de hulp duur moet zijn. De hulp moet goed zijn, maar kan soms ook goedkoop zijn.

Regels doorbreken

Om goede hulp te verlenen, moet je soms regels doorbreken. Alles is mogelijk wat mij betreft, wel in goed overleg natuurlijk. We hebben geen God die de regels maakt, dat doen we zelf, dus dan kunnen we ze toch zelf opzij zetten?

Toen ik bestuurder was van Cardea was er een moeder van zeven kinderen die illegaal was en vanwege haar status naar Frankrijk moest. De kinderen bleven achter. Bureau Jeugdzorg moest  de kinderen her en der in het land plaatsen; er was natuurlijk geen plek in een residentiele instelling waar zeven kinderen tegelijk opgevangen konden worden.

Toen hebben wij als Cardea gezegd dat we met twee hulpverleners in het huis van de moeder zouden gaan zitten, zodat de kinderen bij elkaar konden blijven. Hiermee konden de kinderen thuis blijven, bespaarden we veel geld en de hulpverleners vonden het een zeer uitdagende en leerzame ervaring. Hiervoor moesten we, Bureau Jeugdzorg en de woningcorporatie, afwijken van de regels, maar konden we wel een inhoudelijk beter en organisatorisch goedkopere oplossing bieden.

Praktische oplossingen

Zoeken naar effectieve en praktische oplossingen begint met mensen zelf te vragen wat ze belangrijk vinden. Wat vind jij het ergste, wat stoort je het meeste, wat wil je dat morgen anders gaat of is opgelost? Als er zaken bijzitten waar aan gewerkt moet worden, begin dan bij wat iemand belangrijk vindt, dat werkt het best. Als je moet beginnen wat voor jou geen prioriteit heeft, dat wordt het niets. Bovendien is heb je een basis gelegd  om mensen te laten meewerken aan  het oplossen van andere problemen die je ziet.

Sommige ouders van kinderen met ernstige problemen op school weten niets leuks meer over hun kinderen te vertellen, omdat ze zo gefocust zijn op dat het niet goed gaat op school

Ook is het verstandig meer te focussen op de sterke punten van mensen en als hulpverleners niet alleen een vergrootglas te leggen op de problemen. Sommige ouders van kinderen met ernstige problemen op school weten niets leuks meer over hun kinderen te vertellen, omdat ze zo gefocust zijn op dat het niet goed gaat op school. Als je als hulpverlener zegt dat jij je een tijdje zal bezighouden met de schoolproblemen en de ouders de opdracht geeft iets leuks met hun kind te gaan doen, zie je soms in een week al een enorme verandering.

Ik denk dat er door opleiding en training in deze denkwijze en de methodieken die hierop gebaseerd zijn, gezorgd kan worden dat er meer in effectieve en praktische oplossingen gedacht wordt. Een goede methode om te toetsen wat wel en niet werkt, is om allerlei vormen van rollenspel te doen. Professionals moeten dan rollen spelen van casussen uit de praktijk, dan voel je meteen wat werkt. Elke professional zou zo getraind moeten worden. Met name voor de mensen in de wijkteams lijkt me dit zinvol.

In de uitvoering zelf moeten professionals hun gezond-verstandoplossingen aan elkaar toetsen. Je hebt allemaal wel een blinde plek. Dat je ineens denkt , dat is een soort niche in mijn opvoeding waar ik nooit over nagedacht heb of het wel logisch is.

Ook moeten professionals minder tijd hoeven te besteden aan die vreselijke financiële en administratieve onzin waar ze soms uren mee bezig zijn. Word je gek van. Al die energie die je erin stopt om de werkelijkheid in het papieren format te proppen, heb je kunnen stoppen in logisch nadenken. Om dit te doorbreken, is de politiek aan zet. Het is begrijpelijk dat de gemeentes bang zijn om de grip te verliezen, maar dit is niet de manier om te controleren of het goed gaat. Gemeentes moeten het systeem verbeteren, daar zijn ze voor.

Systemen verbeteren

Een van de systemen waar ik me zorgen over maak is het systeem van de schuldhulpverlening. Er zijn steeds meer mensen in de schulden. Schuldhulp is ingewikkeld. Je hebt er zoveel bij nodig, dus je moet als je hier iets wilt verbeteren met de verschillende verantwoordelijke partijen, de Belastingdienst incluis, om tafel.

Worden bijvoorbeeld opeens de regels bij de Belastingdienst veranderd, houdt de betreffende gemeentelijke dienst niet meer de huur van te voren in of komt een woningcorporaties de gemaakte afspraak niet na, dan kan dat tot gevolg hebben dat er weer meer mensen op straat komen te staan. En als je mensen uit huis zet, weet je in ieder geval zeker dat de andere problemen die er zijn niet opgelost worden.

Ik vind het gevecht tussen de psychiatrie en de jeugdzorg dramatisch

Ook de jeugdpsychiatrie zou gebaat zijn bij een beter systeem. Ik vind het gevecht tussen de psychiatrie en de jeugdzorg dramatisch; er komt maar geen goede verbinding tussen beide tot stand. De jeugdpsychiatrie is nu ook over naar de gemeente en is uit het medisch circuit gehaald. Daar zijn ze heel boos over, ze voelen zich niet gehoord. Er wordt gezegd dat er minder jeugdpsychiaters zullen komen, omdat zij niet onder de gemeenten willen vallen, maar binnen het medisch circuit. Als je dit laat stuklopen gooi je het kind met badwater weg, want er zijn nogal wat kinderen die psychiatrische hulp nodig hebben.

De overheid moet de zorg beter ordenen. Daarmee moet de overheid rekening houden met de klant en zijn omgeving. Wie gaat er nou ooit met problemen naar het Centrum voor Jeugd- en Gezin? Dat is geen logische eenheid. Veel logischer is het om te kijken naar de domeinen onderwijs, medische zorg en de sociale situatie, zoals bijvoorbeeld armoede. Als iemand problemen heeft, merk je het in ieder geval op een van die drie gebieden. Gebruik die dus! Je zal moeten ordenen, dus doe dat praktisch.

 

 

 

 

 

Interview gehouden op 3 juni 2015 door Annemarieke Nierop en Mariska Pijpers (opgetekend door Mariska Pijpers)
Foto: Werry Crone